Passen we de bandendruk nu wel of niet aan op het land? Als het aan de door Prosu ondervraagde melkveehouders ligt, blijft het antwoord hierop verdeeld. Een krappe minderheid van 48 procent gaf aan wél hun bandenspanning in het land aan te passen. Een verlaagde bandendruk voorkomt bodemverdichting op het land. In ieder geval het proberen waard, zou je toch zeggen?
Een verlaagde bandendruk kan helpen om bodemverdichting te voorkomen. Met de wetenschap dat machines alsmaar toenemen in omvang en gewicht, bijvoorbeeld vanwege capaciteit, is dit zeker geen slecht idee. De zware gewichten van deze machines drukken de bodem samen, met alle gevolgen van dien. De water- en zuurstoftoevoer in de bodem vermindert, het bodemleven krijgt een knauw, de wortelontwikkeling van gewassen wordt belemmerd, en ook de nutriëntenopname, waaronder de stikstofvoorraad, in de diepere bodemlagen neemt af.
Natuurlijk zijn er ook andere methoden dan een verlaagde bandenspanning om deze problemen op te heffen. Maar of deze maatregelen net zo efficiënt zijn als goed bodembeheer, valt ook volgens Wageningen University & Research te betwijfelen. Het zou een kwestie zijn van pleisters plakken op een te grote wond, en bovendien een onnodige extra aanslag op de portemonnee.
Geïntegreerde aanpak tegen bodemverdichting
Johan Franken, biologisch melkveehouder in Hulshorst, is wél overtuigd dat een aangepaste bandendruk bijdraagt aan het behoud van zijn percelen. “Als biologisch melkveehouder is het van belang om met aandacht voor de bodem te zorgen.” Maar Franken realiseert zich ook dat het belang van een optimale bandenspanning per melkveehouder en per bodemtype kan verschillen. “Ik heb diverse percelen waar ik zonder problemen altijd met de trekker kan komen. Ik kan me voorstellen dat melkveehouders met bijvoorbeeld harde zandgronden in het beheer minder prioriteit geven aan een geoptimaliseerde bandendruk.” Daarnaast kent het melkveebedrijf van Franken nog een voordeel. Alle kavels die Franken bezit of beheert, bevinden zich namelijk direct rondom het melkveebedrijf, met een maximale rijafstand van twee kilometer. “Wij hebben geen luchtdrukwisselsysteem nodig om de bandenspanning in het land aan te passen. Het is mogelijk om direct op de juiste druk naar de percelen toe te rijden. Achterop is dit 1,1 à 1,2 bar en voorop 1,0 bar.”
Op de percelen van Franken worden uitsluitend grasklaver en mais geteeld. Zodra Franken er klaar voor is om een perceel te bewerken, wordt allereerst een blik geworpen op de grondslag en de vochtigheid van de bodem. Is de bodem er ook al wel klaar voor? Als alle lichten op groen staan, wordt het land uitsluitend betreden met Very High Flexion-banden, oftewel VF-banden. Deze banden hebben een versterkte hielomslag, een flexibele zijwand en een stabiele loopvlakgordel. Deze eigenschappen zorgen ervoor dat de banden goed afvlakken bij een lage bandenspanning. VF-banden kunnen tot wel veertig procent lager in spanning worden gebracht ten opzichte van klassieke radiaalbanden. De banden vlakken meer af, deels in de breedte, maar vooral ook in de lengte. Dit vergroot de voetprint aanzienlijk. Maar Franken heeft nog iets opgemerkt, namelijk de invloed van het bandenprofiel. “Koop je een nieuwe trekker, dan krijg je daar meestal ook nieuwe banden bij. Het profiel van deze banden drukt dieper in de bodem. Ik heb liever banden met dertig procent profiel. De nokken op nieuwe banden kunnen wel acht centimeter hoog zijn, terwijl ze bij drie centimeter al ruim hoog genoeg zijn.”
Sporen rijden is volgens Franken echter niet geheel te voorkomen. Om bodemverdichting alsnog tegen te gaan, zet Franken een graslandwoeler in om de bodem open te trekken. Zo wordt er zo’n zeventig centimeter diep door de bodem gesneden om de verdichte laag iets omhoog te trekken en de doorwatering weer te optimaliseren.
Dit onderzoek naar aanpassing van bandendruk is uitgevoerd door Prosu, het data- en mediabedrijf achter Melkveebedrijf. Naast de uitgeverij beschikt Prosu over een uitgebreide database met informatie van agrariërs in Nederland en België. Van januari tot maart 2025 is aan melkveehouders in de interviews onder andere gevraagd om te reageren op de stelling: ‘ik pas mijn bandendruk aan aan de omstandigheden op het land’.

Tekst: Annabel Klein Woolthuis
Beeld: archief Prosu bv
Dit artikel stond in vakblad Melkveebedrijf. Wil je het hele artikel lezen? Of de mooiste artikelen en reportages thuis op de mat?
Met een abonnement op vakblad Melkveebedrijf ontvang je elf keer per jaar het laatste nieuws. Iedere editie heeft een nieuw, toepasselijk thema wat aansluit op de huidige praktijk. De uitgebreide bedrijfsreportages geven daarnaast een goed beeld van de sector. In deze reportages maak je kennis met ervaringen, toekomstvisies, vakmanschap en management van mede-melkveehouders.
Shop hiernaast direct een jaarabonnement of ga naar melkveebedrijf.nl/abonneren voor alle mogelijkheden.
Melkveebedrijf.nl is een uitgave van Prosu.