Er is een toename van de bouw van loodsen voor los gestorte producten in de melkveehouderij, vaak in combinatie met een werktuigenberging. Steeds meer grotere rundveebedrijven werken met losse componenten in plaats van (alleen) brokken. Mark de Jong van DLV Advies vertelt waar je op moet letten bij de bouw van een werktuigenloods met voeropslag.
Om de kostprijs in de hand te houden en zo goed mogelijke resultaten te behalen, kiezen veehouders vaker voor het voeren van losse bijproducten en componenten. Ook is er met losse producten sneller bij te sturen in het rantsoen.
Efficiënt voeren
Hoe meer losse producten je mengt, hoe arbeidsintensiever het is. Het loont daarom goed na te denken over hoe het zo efficiënt mogelijk georganiseerd kan worden. Dat begint met een praktisch gebouwde en ingerichte loods. “De totale oppervlakte van de loods bepaalt voor een groot deel de prijs. Met een paar aanpassingen maak je het zo dat je er elke dag makkelijk in werkt. Dit hoeft niet heel veel extra te kosten,” aldus Mark.
Vrije inrit voor transport
Een van die dingen die het werken makkelijk maakt, is een vrije inrit van 8-9 meter breed. Zo kun je er makkelijk in en uitdraaien zonder continue op de spanten te hoeven letten. Om deze vrije overspanning te realiseren is een aanpassing in de fundatie en de staalconstructie noodzakelijk. Het gemak wat je er van hebt, weegt wat Mark betreft goed op tegen de 1500 euro meerkosten.
Staalconstructie op de muur
Een belangrijke eis voor een loods voor voeropslag is dat de productkwaliteit goed blijft. Mark: “Je wilt een kierdichte omgeving die makkelijk schoon te maken is. Voor de vloer is goede kwaliteit beton dat netjes afgewerkt en gevlinderd is dan de beste keuze. Als je in de wanden rekening houdt met de wapening, kun je vervolgens de staalconstructie op de muur maken. Zo kun je vlakke wanden maken. Meestal wordt gekozen voor gestorte wanden zoals we die kennen uit de mestkelderbouw. Om voor een gladde afwerking van de wanden te zorgen, is bij dit systeem een extra vlakke bekistingsplaat noodzakelijk. Een holle wandsysteem blijkt in de praktijk een iets duurder maar goed uitvoerbaar alternatief te zijn, aldus Mark.
Makkelijk te reinigen
“Dit systeem is opgebouwd uit twee gladde schillen van hoge betonkwaliteit van zo’n 7 cm dik die met elkaar verbonden zijn door tralieliggers waar extra wapening bijgeplaatst wordt. Deze prefab wanden van 2 à 3 meter hoog worden vervolgens volgestort met beton. De wanden van zo’n vier meter lang worden onderling gekit. Met dit alternatief voor traditionele bekisting heb je geen naden.” Zo creëer je een makkelijk te reinigen oppervlak waar ongedierte minder kans krijgt.
Praktisch ontwerp voor loodsen
In het verleden waren voeropslagen regelmatig 8 tot 10 meter hoog. Hierdoor was het makkelijker met grote wagens te kiepen. Mark: “Tegenwoordig is de transportwereld er op ingericht om te werken met walking floors. Die hoge loodsen zijn daarom vaak niet meer nodig.” Ook zijn schuren met een hoge goot- en nokhoogte moeilijker door de welstandscommissie te krijgen en past het vaak niet in het bestemmingsplan. Daarnaast moeten deze schuren beter bestand zijn tegen wind, wat ze duurder maakt. Het winddicht maken met (elektrisch bedienbare) kleden aan de hoge kant vanaf 4 meter tot in de nok, vormt ook een extra kostenpost. De nieuwere loodsen zijn dus vaak lager. Het dicht maken is dan ook makkelijk. “Een elektrische overheaddeur is zowel goed voor de productkwaliteit als voor het buitensluiten van ongedierte,” zegt Mark.
Verplaatsbare wanden voor flexibele inrichting
Voor de inrichting van de loods kun je kiezen uit een vaste of een flexibele opstelling of een combinatie van beide. “Wanneer je niet veel wisselt qua voersoorten en vrachtgroottes, kun je ervoor kiezen vakken van 4 meter breed en tussen de vakken 2 meter hoge gestorte wanden te plaatsen.” Wanneer je flexibel wilt blijven in het aantal vakken en de grootte van de vakken, zijn er verschillende mobiele opties. “Dit kan bijvoorbeeld met sleufsilo-elementen met palletvorkgaten zodat ze makkelijk te verplaatsen zijn,” vertelt Mark. Maar ook strobalen worden regelmatig als afscheiding gebruikt. “Strobalen zijn ook makkelijk aan de kant te schuiven als je het vak weer groter wilt maken. Je kunt er zelfs voor kiezen een aantal strobalen te laten wikkelen voor dit doel.” Bij een vaste opstelling ben je altijd aan de vakken gebonden. Mobiele opstellingen of een combinatie van één gestort vak en de rest mobiel, zie je daarom steeds vaker.
Bron: DLV Advies
