Vorige week was de ELHO Cobra 7710T getrokken grashakselaar te bewonderen op percelen rondom het Drentse Amen. Melkveebedrijf Mts. Brinkman had de Finse machine van importeur Fa. Groenewegen een paar dagen op proef. De hakselaar kreeg het meteen flink voor de kiezen, maar het resultaat mag er zijn.
Aanvankelijk was Brinkman, die normaal gesproken met de opraapwagen inkuilt, van plan zo’n 110 hectare gras te hakselen met de ELHO. Maar uiteindelijk kon de hakselaar zich op zo’n 140 hectare, waarvan een deel natuurgras, bewijzen.
PK’s genoeg
Voor de hakselaar staat een Claas Axion 950 met een vermogen van 430 PK. De trekker, eigendom van een akkerbouwer met wie Brinkman samenwerkt, heeft er geen enkele moeite mee. Een perceel van 10 hectare wordt in pakweg een uur gehakseld. Het brandstofverbruik ligt tijdens het hakselen op ongeveer 58 liter per uur. Volgens de chauffeur een teken dat de trekker er niet echt diep voor hoeft te gaan. Want dan ligt het niveau op meer dan 70 liter per uur.
Tevredenheid op de kuil
De ELHO staat bij Brinkman afgesteld op een haksellengte van 8 millimeter. Lekker kort dus. Op de kuil is men zeer tevreden over het product. Het rijdt mooi vast en de verwachting is dat dankzij het korte product minder mengtijd in de voermengwagen nodig is.
Tijdens het hakselen wordt er per hectare een paar liter water gebruikt om het materiaal vlot door de pijp te laten komen. Zeker bij een wat suikerrijk product helpt dit om de doorstroming op gang te houden. Daarnaast wordt er een inkuilmiddel toegevoegd. De chauffeur heeft hier verder geen omkijken naar. Het is een kwestie van op tijd bijvullen of wisselen van de IBC-tank. Tijdens het hakselen wordt bij het optillen van de invoer aan het eind van het zwad de toevoer van water en inkuilmiddel vanzelf stopgezet.
“Blijven doorontwikkelen”
Robin Groenewegen van importeur Fa. Groenewegen kijkt tevreden naar de verrichtingen van de mannen van de hakseltrein. Hij ziet een goede toekomst voor de ELHO 7710T in Nederland. “Het is een mooie oplossing voor melkveehouders die een kort product in de kuil willen hebben en het inkuilproces in eigen hand willen hebben.” Hij vertelt dat de machine niet van de ene op de andere dag is ontwikkeld. “Zes jaar geleden is het eerste model gepresenteerd op de Agritechnica. In de loop van de jaren is de hakselaar op bijna elk punt veranderd. Nu is hij klaar voor de praktijk, maar we blijven doorontwikkelen. Komen we nog dingen tegen waarvan we vinden dat die anders moeten, dan kunnen die, in samenspraak met de fabrikant, worden aangepakt.”
Robuust en eenvoudig
De Cobra 7710T is volgens Groenewegen ‘op zijn Fins’ gebouwd. “Dat wil zeggen: robuust en eenvoudig met zo min mogelijk sensoren.” De rotor, die met een gewicht van 750 kilogram ook meteen als vliegwiel dient, wordt direct aangedreven via de 1000-toeren aftakas van de trekker. De hakselaar heeft een eigen hydraulieksysteem dat via een V-snaar overbrenging wordt aangedreven. Alleen de klep van de pijp en het knikken van de dissel gebeurt via het hydraulieksysteem van de trekker. Het overige gaat volledig via ISOBUS.
De invoer van de hakselaar is 1 meter breed. De hakselrotor heeft ook deze breedte, met daarbij aan weerszijden een vijf centimeter brede waaier. Deze waaiers zorgen voor lucht door het gras, zodat het beter door de pijp gaat. Een waaier, zoals zelfrijdende hakselaars die hebben, heeft de ELHO niet. “Dat is voor alleen gras niet nodig”, vertelt Groenewegen. De hakselaar is voorzien van een metaaldetector en een steendetector. Er zit ook een slipkoppeling op, maar daar mag de machine in principe nooit doorheen gaan. “Alleen als er bijvoorbeeld een steen in de rotor komt. Maar normaal gesproken moet bij zware belasting de trekkermotor gesmoord worden.”
Het loopt gesmeerd
Ondertussen rijden de transportcombinaties, bestaande uit 3 Claas trekkers met een Joskin TRC 150 kipper, een Strautmann Vitesse 4001 DO opraapwagen en een Schuitemaker SiWa 180 silagewagen, af en aan. In rap tempo worden de wagens gevuld en vlot gaat het hakselteam van het ene naar het andere perceel. Klaarmaken voor transport over de weg is in een mum van tijd vanuit de cabine geregeld: pickup opklappen, pijp laten zakken en de dissel in transportstand zetten. Het hakselen zelf is volgens Groenewegen ook geen hogere wiskunde: “Richt de rechterspiegel op de pickup. Blijf tijdens het hakselen voor je kijken en houd vanuit een ooghoek het camerascherm in de gaten, waarop te zien is hoe de wagen wordt gevuld. Dan kan er weinig misgaan.”




Tekst en beeld: Gerben Hofman