De unieke gezondheidsaanpak van AHV heeft ondertussen al meer dan 10.000 veehouders geholpen. Wat maakt deze AHV aanpak zo uniek en wat zijn de plannen voor de komende jaren? Wij vroegen het CEO Jan de Rooy en CSO Gertjan Streefland.
Ontwikkelingen
Vol passie vertellen Jan en Gertjan over het verleden, heden en de toekomst van AHV. Als we kijken naar de ontwikkeling die het bedrijf heeft doorgemaakt, dan is er veel veranderd de afgelopen periode. “We hebben nu bijvoorbeeld een eigen lab in Zwolle met een R&D afdeling met onze eigen microbiologen en dierenartsen. Zij zijn continu onze producten aan het testen en door ontwikkelen. Naast een lab in Zwolle hebben wij ook in Leiden een lab waar onder andere Peter Nibbering (Microbioloog/Immunoloog van het LUMC) kijkt naar hoe moleculen, bacteriën en biofilm reageren op onze oplossingen. Welke stoffen werken tegen welke problemen? Dat is iets wat ons hele team aan biologen dagelijks bezighoudt”, aldus Jan.
Kwalitatief goede grondstoffen maken je product!
Naast de R&D afdeling is ook de kwaliteitswaarborging naar een hoger niveau getild. Met de komst van een kwaliteitsafdeling (QA/QC afdeling) met meerdere specialisten met ruime ervaring is ook hierin een volgende stap gezet. “Als je onze oplossingen gebruikt, heb je vaak geen idee van wat er allemaal nodig is voor het maken van een goed product. Er is een eigen lab met microbiologen en dierenartsen, een R&D afdeling, een productieafdeling, specialisten op de weg, en ga zo maar door. Echter bij het ontwikkelen van een product begint het altijd met de grondstoffen. Deze grondstoffen moeten uitvoerig getest worden om de kwaliteit te kunnen waarborgen. Met de uitbreiding van ons kwaliteitsteam kunnen we met zekerheid zeggen dat grondstoffen die worden gebruikt van uitstekende kwaliteit zijn”, aldus Gertjan.
Waarom werken de oplossingen zo goed?
Als al meer dan 10.000 veehouders in meer dan 20 landen de oplossingen van AHV gebruiken dan moet het wel werken, maar waarom werkt het eigenlijk? Als we deze vraag stellen, zien we Gertjan opleven, want als dierenarts vertelt hij hier graag over. “Het is eigenlijk heel simpel. Op dit moment zijn wij de enige partij die de oplossingen op deze manier maken. Natuurlijk hoor je wel meer bedrijven die een drankje, gel of bolus maken, maar niemand gebruikt onze unieke quorum sensing-techniek. Wat je wel eens hoort is dat andere vergelijkbare oplossingen ook werken, en dat klopt, tijdelijk in ieder geval.
Als een dier iets binnenkrijgt wat hij niet herkent dan reageert hij of zij daarop. Echter ook als je niets doet zal uiteindelijk een probleem langzaam minder worden. Helaas zijn dit beide geen oplossingen voor de lange termijn; want problemen verschuilen zich tijdelijk in het lichaam, maar zijn er nog wel degelijk. Dat is wat onze oplossingen zo uniek maakt, wij pakken de problemen wel aan.
Bij ons zie je niet alleen in de eerste weken een reactie van het lichaam, maar vooral en nog veel belangrijker op de langere termijn. Uit onderzoeken blijkt dat dieren die onze oplossingen toegediend krijgen in de toekomst minder kans hebben op terugkomende problemen. En dat is wat je wil, niet alleen ontstane problemen tijdelijk oplossen, maar ze juist voorkomen in de toekomst”, aldus Gertjan.
Zelflerende computersystemen moeten problemen gaan voorspellen
Naast de techniek en de werking van de AHV-oplossingen is er nog meer dat de AHV-aanpak uniek maakt. Jan geeft aan dat er veel meer bij komt kijken, dan het afleveren van wat producten bij de veehouder. “Met AHV bieden wij de veehouder niet alleen een product aan; wij bieden een concept aan om de gezondheid te optimaliseren. Hierbij horen inderdaad producten, maar de begeleiding en data-analyses die hierbij worden gebruikt zijn nog veel belangrijker. Het maken van een product is één, maar een veehouder goed informeren over de werking en het juist toedienen hiervan is een tweede.
Onze specialisten worden getraind om advies te kunnen geven op basis van robotdata of MPR-resultaten. Als we kijken naar onze data-analisten dan analyseren zij niet alleen bij welk dier zich een probleem voordoet, maar ook bij welk dier dit kan gaan gebeuren. Dankzij onze zelflerende computersystemen is het steeds beter mogelijk om problemen in een vroeger stadium te detecteren. Onze data-analisten zijn hier volop mee bezig en dit is dan ook één van de ontwikkelingen die we de komende tijd gaan doormaken. Want gezondheidsproblemen aanpakken geeft voldoening, maar ze voorkomen is natuurlijk het ultieme doel!”, aldus Jan.
Benieuwd welke veranderingen er nog meer gaan plaatsvinden? Klik hier en lees verder!
