Inkuilen op het moment dat de weersomstandigheden goed zijn, mais hakselen wanneer het past in de planning en zelf dat ene perceel inzaaien. Niet afhankelijk zijn van een loonwerker kan veel rust in het hoofd geven. Toch vergt dit ook investeringen in het machinepark én ruimte in de agenda. Prosu BV besloot daarom de proef op de som te nemen en legde afgelopen jaar melkveehouders de stelling voor ‘Ik heb geen loonwerker meer nodig’.
Wanneer het gras klaar is om te worden ingekuild, betekent dat niet per definitie dat de loonwerker ook op korte termijn beschikbaar is. Maar zijn de Nederlandse melkveehouders er klaar voor om zelf alle landwerkzaamheden over te nemen?
Maximaal weiden
In het afgelopen jaar nam Prosu contact op met 1.576 Nederlandse melkveehouders. Tien procent hiervan gaf aan niet langer meer een loonwerker nodig te hebben. Een interessante uitkomst, waar één van de ondervraagden tekst en uitleg bij geeft. “In 2023 zijn wij begonnen met maximaal weiden. Hierdoor hoeven wij veel minder vaak de loonwerker in te schakelen. Bijna niet zelfs, als je het vergelijkt met voorheen.” Aangezien de melkkoeien gemiddeld tussen april en november op het land lopen, is mest uitrijden in deze periode niet nodig. Daarnaast teelt de melkveehouder niet langer meer mais, waardoor werkzaamheden als het inzaaien en oogsten hiervan ook zijn komen te vervallen. “We proberen de bewerkingskosten per hectare tot een minimum te beperken”, legt hij uit.
Wel blijft ruwvoer gedurende winterperiode altijd nodig, ook op dit bedrijf. “Op high input-bedrijven ligt er al gauw voor anderhalf jaar aan voer klaar voor de winterperiode. Dat hebben wij niet nodig. Eigenlijk zouden wij voor ons grasvraagstuk juist een hele goede loonwerker moeten hebben, aangezien het bij ons anders is dan op de meeste bedrijven”, zegt de melkveehouder met een knipoog. “In het voorjaar maaien we namelijk het gras, wat we als ruwvoer in de winter inzetten. Vanaf juli is de grasproductie één op één gelijk aan de grasopname van de koeien.”
In de afgelopen drie seizoenen heeft de melkveehouder gemerkt dat deze manier van werken steeds meer rust in zijn bedrijfsvoering geeft. Afkalven vindt in het voorjaar plaats, zodat hij in die periode zijn focus daarop kan leggen. Nu, in het najaar, houdt hij zich met name bezig met melken, en treft hij voorbereidingen voor de naderende droogstand van zijn koeien. “We krijgen steeds meer routine in deze manier van werken, waarbij het ook steeds makkelijker wordt om veiligheid in de ruwvoerwinning te bouwen, voor als een seizoen net wat minder loopt door weersomstandigheden.”
Ierse werkvorm
Met een koppel van zo’n honderd melkkoeien, op vijftig hectare grasland, past deze Ierse manier van werken goed bij dit melkveebedrijf. “Natuurlijk is het niet voor iedereen geschikt. Toch snappen loonwerkers kostentechnisch deze manier van werken vaak wel. Het is een andere vorm van bedrijfsvoering. Maar chauffeurs kijken nog wel eens raar op. Dan vragen ze: waarom teel jij geen mais? Dat opent dan weer een gesprek.”
Loonwerkers op melkveebedrijven
Dit onderzoek naar het inschakelen van loonwerkers op melkveebedrijven is uitgevoerd door Prosu, het data- en mediabedrijf achter het vakblad Melkveebedrijf. Naast de uitgeverij beschikt Prosu over een uitgebreide database met informatie van melkveehouders in Nederland en België. Afgelopen jaar is aan melkveehouders in de interviews onder andere gevraagd om te reageren op de stelling ‘Ik heb geen loonwerker meer nodig.’ Een groep van 1.576 melkveehouders werkte mee aan dit telefonische onderzoek van Prosu. Tien procent van de melkveehouders, dat zijn 150 ondervraagden, gaf aan niet langer meer een loonwerker nodig te hebben. De overige melkveehouders (1.076) schakelt nog wel een loonwerker in.

Bron: Nationale Agrarische Database, Prosu BV.
Tekst: Kim Sjoers
Beeld: Gerben Hofman





