Nu de runderen weer op stal gaan, is het voor melkveehouders hét moment om alert te zijn op uitwendige parasieten. Tijdens het weideseizoen komen dieren in contact met verschillende parasieten die elk jaar in aantallen en intensiteit kunnen variëren. Een jaarlijkse controle bij het opstallen helpt om problemen vroeg te signaleren en zo het welzijn en de prestaties van de veestapel op peil te houden. In dit artikel lichten we één van de meest voorkomende parasieten toe: de schurftmijt.
Waarom nu controleren?
Uitwendige parasieten zoals horzels, luizen, bijtende vliegen en knutten veroorzaken overlast, maar de schurftmijt blijft in België de meest voorkomende boosdoener. Veel besmettingen worden pas zichtbaar wanneer de dieren opnieuw op stal komen. Een vroege controle en gerichte aanpak, steeds in overleg met de bedrijfsdierenarts, voorkomt verspreiding binnen het koppel en beperkt productieverlies.
Verschillende soorten schurftmijt
Bij runderen komen meerdere soorten schurftmijten voor. Elke soort veroorzaakt een ander ziektebeeld en vraagt een andere aanpak.
Psoroptes ovis – ‘natte schurft’ (vooral vleesvee)
- Komt voor op 75% van de Vlaamse vleesveebedrijven
- Veroorzaakt vochtige korsten, sterke jeuk, kaalheid
- Vooral zichtbaar op schoft, rug en staartbasis
- Dieren schuren veel, waardoor bijkomende letsels ontstaan
- Bij opgroeiend vee: ± 30 gram groeiverlies per dag per procent aangetast huidoppervlak
Chorioptes bovis – ‘poot- of staartschurft’ (vaak melkvee)
- Meest voorkomende vorm bij melkvee
- Meestal milder verloop
- Vooral zichtbaar als schurft bij poten of staartbasis
Hoe herken je schurft?
Let op signalen zoals:
- veelvuldig schuren of likken
- haren en plukjes vacht op boxen, palen of omheining
- letsels, korsten of kale plekken
- onrust in de koppel
Bij verdenking: laat een huidafkrabsel nemen. Zo wordt duidelijk om welk type schurftmijt het gaat, wat nodig is voor een correcte behandeling. DGZ Labo voert parasitologisch onderzoek uit op huidmonsters.
Aanpak van schurft: geen standaardoplossing
Door toenemende resistentie van Psoroptes-mijten tegen bepaalde producten is een zorgvuldige aanpak essentieel.
Belangrijk:
- gebruik altijd het juiste middel tegen de juiste mijtensoort
- behandel lang genoeg om álle levensstadia aan te pakken
- werk samen met de dierenarts voor een bedrijfsspecifiek plan
Algemene managementtips tegen schurft
1. Weet wat je bestrijdt
Een huidafkrabsel bepaalt of het Psoroptes, Chorioptes of een menginfectie betreft.
2. Scheer en reinig
Scheer minstens de rug en verwijder korsten vóór behandeling. Dit verhoogt de werking van het middel.
3. Hou je strikt aan de gebruiksaanwijzing
Eénmalige behandeling is zelden voldoende, want eitjes worden niet gedood.
4. Controleer behandelde dieren
Laat na de behandeling opnieuw afkrabsels analyseren om zeker te zijn dat de mijten verdwenen zijn.
5. Dosis is cruciaal
Weeg dieren (of meet nauwkeurig) om onder- en overdosering te voorkomen.
6. Verbeter stalhygiëne
Schurftmijten overleven tot 14 dagen in de omgeving. Propere stallen beperken herbesmetting.
7. Let op bij aankoop van dieren
Controleer nieuw aangekochte dieren meteen en behandel indien nodig. Houd rekening met quarantaine en IBR-opvolging.
8. Zorg voor goede voeding en mineralen
Een dier in goede conditie heeft meer weerstand tegen infecties.
Waarom aandacht voor schurft loont
Het moment van opstallen biedt een ideale kans om parasieten tijdig op te sporen. Een jaarlijkse controle helpt om:
- diergezondheid en welzijn te verbeteren
- productieverliezen te vermijden
- onnodige kosten en behandelingen te voorkomen
Bespreek samen met je dierenarts hoe deze parasietencontrole het best wordt ingepland binnen jouw bedrijfsvoering.
Bron: DGZ




